Het is niet gelukt om de warmtesonde van Mars InSight dieper de bodem in te krijgen. Al sinds februari 2019 doen NASA en de Duitse ruimtevaartorganisatie DLR, die de warmtesonde gebouwd heeft, verwoede pogingen om de 40 cm lange sonde onder de grond te krijgen. Maar de bodem ter plaatse werkt niet mee. Het is niet dat de bodem te hard is. In tegendeel. De bodem levert niet de frictie die de sonde nodig heeft voor zijn werking.
Het was de bedoeling dat de warmtesonde zichzelf in de grond klopte. Maar de bodem bleek daar heel anders op te reageren dan gedacht. Het oppervlak was weliswaar hard, maar er vlak onder viel het uit elkaar als los zand (zogenaamde duricrust). Het bleek dat de ruimte onder de sonde gevuld werd door dat zand, waardoor de sonde weer opgetild werd. Zo kon het gebeuren dat de warmtesonde in oktober 2019 tot verrassing van iedereen opeens omhoog kwam uit de bodem.
In juni 2020 kwam de sonde van HP3 (Heat Flow and Physical Properties Package) dan eindelijk helemaal onder de grond en konden in ieder geval de eerste metingen gedaan worden. Eigenlijk was het de bedoeling dat de sonde 5 meter diep zou graven. Op 9 januari dit jaar deed het team van HP3 nog een poging. De sonde maakte nog een keer 500 klopbeweringen. Maar daarmee werd geen voortgang geboekt.
Het HP3 team zegt dat ze alles gegeven hebben en dat ze veel geleerd hebben over het graven in de bodem van Mars. Het was de eerste keer dat een experiment poogde zo diep in de bodem van Mars te graven.
Bronnen:
https://mars.nasa.gov/news/8836/nasa-insights-mole-ends-its-journey-on-mars/?site=insight