De maan krimpt en daarom vinden er nu nog steeds maanbevingen plaats, mogelijk tot 5 op de schaal van Richter. Dat blijkt uit onderzoek naar metingen van seisometers die door de Apollo missies geplaatst zijn. Dat er seismische activiteit is geweest, dat wisten we al. Maar men ging er van uit dat de bevingen vrij gering waren.
Hoe komt het dat we nu pas geleerd hebben dat die maanbevingen krachtiger zijn en dat de maan krimpt? Dat komt omdat wetenschappers nu een algoritme gebruikt hebben om met een seismisch netwerk van weinig instrumenten, zoals die van Apollo, toch de lokatie van een beving te kunnen vinden. En ze vonden dat 8 van 28 ondiepe bevingen binnen 30 km afstand van op foto’s gevonden breuklijnen voorkwamen.
Zes van de 8 bevingen bij die breuklijnen vonden plaats toen de maan zich op haar verste punt in haar baan om de Aarde bevond. Op dat moment is de spanning als gevolg van getijdewerking op de maan het hoogst. Dat de maan krimpt blijkt uit het soort seismische activiteit.
Seismometers werden geplaatst op de Apollo 11, 12, 14, 15 en 16 missies. Die van Apollo 11 viel na 3 weken uit. De metingen geplaatst op de andere Apollo missies werden gevolgd tot in 1977, toen ze uitgezet werden. Apollo 17 astronauten Gene Cernan en Harrison Schmitt reden bovendien met hun Lunar Rover langs een klif (“Lee-Lincoln fault scarp”) die vermoedelijk ontstaan is als gevolg van het krimpen van de maan.
Bronnen:
https://www.nasa.gov/press-release/goddard/2019/moonquakes